NONIMPORTATIEOVEREENKOMSTEN waren een reeks handelsbeperkingen die door de Amerikaanse kolonisten werden ingevoerd als protest tegen het Britse inkomstenbeleid vóór de Amerikaanse Revolutie. De Britse Stamp Act van 1765 leidde tot de eerste niet-importovereenkomsten. Om te protesteren tegen belasting zonder vertegenwoordiging spraken de handelaars van New York collectief af de Britse invoer te blokkeren tot het Parlement de zegelwet afschafte, en zij haalden de handelaars van Boston en Philadelphia over hetzelfde te doen. Onder druk van Britse exporteurs die hun omzet zagen dalen, trok het parlement de Stamp Act binnen een jaar in.
Nadat het parlement in juni-juli 1767 de Townshend-rechten op de invoer instelde, voerden de kolonisten een tweede, ongelijke ronde van niet-importafspraken in. Boston hervatte prompt zijn embargo op Britse importen, en New York volgde in 1768. Maar Philadelphia sloot zich pas in 1769 bij het idee aan, nadat het een voorraad invoer had aangelegd. Zuidelijke kooplieden weigerden mee te werken, en naar verluidt werd er overal gesmokkeld. Tegen 1770 begon het embargo de Britse exporteurs te knijpen naarmate de internationale spanningen in Europa toenamen. Het parlement trok de Townshend-rechten op alle goederen behalve thee in.
Een derde golf van economische embargo’s ontstond in 1774. Als protest tegen de verschillende parlementaire beperkingen richtte het Continental Congress de Continental Association op, die de koloniën niet-import, niet-consumptie en beperkte niet-exportvoorwaarden oplegde. Britse kooplieden openden echter nieuwe exportmarkten en de regering in Londen besloot de koloniale opstandigheid de kop in te drukken.
De niet-importverdragen uit de late koloniale tijd waren belangrijke voorlopers van de Amerikaanse Revolutie. De akkoorden wakkerden de spanningen aan die tot geweld leidden. De onderhandelingen over de akkoorden brachten de patriotten van Boston op de voorgrond en toonden de kolonisten de mogelijkheden van eendrachtig optreden. Op een dieper niveau hielpen de akkoorden de kolonisten wakker te schudden voor hun opkomende nationale identiteit als Amerikanen door hen te helpen hun culturele waarde van spaarzaamheid op een nationaal podium te promoten.
BIBLIOGRAPHY
Crowley, John E. The Privileges of Independence: Neomercantilisme en de Amerikaanse Revolutie. Baltimore: Johns Hopkins University Press, 1993.
Schlesinger, Arthur M. The Colonial Merchants and the American Revolution, 1763-1776. New York: Frederick Ungar, 1966.
Thomas, Peter D. G. The Townshend Duties Crisis: De tweede fase van de Amerikaanse Revolutie, 1767-1773. Oxford: Clarendon, 1987.
Peter L.Hahn
Zie ookTownshend Acts ; envol. 9:The Continental Association .